Weven
salto
De Salto is ontstaan vanuit mijn fascinatie om overal een vergrootglas op te leggen. Als je dat doet, realiseer je je , en zie je, dat alles wat je in het klein ziet, ook bestaat in het groot en andersom.
Het inslaggaren is in een lus rond een bezemsteel gelegd en vervolgens op een ketting vastgeweven. Een soort roede weef; bij een meubelstof heet dat epinglé, die geeft een hele korte compacte lus. Met deze techniek wordt ook kamerbreed tapijt geweven.
Salto, Danskina
proefstaal met een lus in verschillende hoogtes
Bij het kikkeroog is een korte lus met een 2-kleurig garen, mouliné, gebruikt. De kleurkentering is niet stuurbaar waardoor het toeval mede het beeld bepaald. Dit staal is gemaakt voor de randafwerking, je ervaart dat de lus vanuit de inslag omhoog komt.
Voor weven heb je een ketting en een inslag nodig. De ketting wordt ‘geschoren’ in één of meerdere kleuren.
Iedere kettingdraad loopt afzonderlijk eerst door een heveltje, dan door een oogje in een schacht en vervolgens door een riet. Die schachten kunnen omhoog of omlaag waardoor er ruimte is om de inslag te kunnen maken.
Een 2-draads twijn bestaat uit 2 garens, meestal van gelijke dikte, die met elkaar worden getwijnd. Als de kleuren verschillend zijn heet het een mouliné.
